10 lastige zaken waar je als geestelijk leider mee te maken krijgt
Apostolische reflecties over geestelijke dynamieken in netwerken en leiderschap
Wie zich beweegt in het landschap van geestelijk leiderschap, zal vroeg of laat merken dat dit terrein niet neutraal is. Wie bouwt aan mensen, teams of netwerken, bevindt zich in een krachtenveld van relaties, verwachtingen en geestelijke invloeden. Soms komt dat subtiel, als een lichte spanning onder de oppervlakte. Soms dringt het zich op, als een storm die over je team waait.
Paulus schrijft dat onze strijd niet is tegen vlees en bloed, maar tegen overheden en machten – geestelijke krachten die achter de schermen proberen te beïnvloeden (Ef. 6:12). De Griekse woorden die Paulus gebruikt – archas, exousias en kosmokratoras – wijzen op gestructureerde, georganiseerde machten die zich willen mengen in menselijke relaties. Leiderschap beweegt zich dus midden in een geestelijke arena.
Daarom vraagt geestelijk leiderschap niet alleen om visie en vaardigheden, maar ook om onderscheiding, moed en zuiverheid van hart. Hieronder vind je tien situaties die vroeg of laat in elk leiderschapspad voorbij komen. Ze zijn niet bedoeld om angst aan te jagen, maar om bewustzijn te brengen – zodat je geestelijk alert blijft en in liefde kunt wandelen.
1. Roddels en achterklap
Roddels lijken onschuldig, maar ze zijn als langzaam druppelend gif. Ze sijpelen een gemeenschap binnen en tasten relaties aan van binnenuit. Spreuken 16:28 zegt: “Een verderfelijk gerucht doet de vriendschap uiteengaan.” Achter elk gerucht schuilt iets diepers – vaak onzekerheid, afgunst of onverwerkte pijn.
In het Grieks is het woord voor ‘aanklager’ diabolos – degene die uit elkaar gooit, verdeelt. Wie roddelt, gaat onbewust meewerken met de aanklager der broeders (Openb. 12:10). Apostolisch leiderschap bouwt daarentegen een cultuur van licht en waarheid, waar mensen leren hun hart te delen aan tafel, niet in de wandelgangen.
Oefen in directe communicatie. Als iets besproken moet worden, breng het naar de juiste plaats, met de juiste mensen, op het juiste moment. Alleen zo blijft het geestelijke huis gezond.
2. Dubbele gezichten
Soms ontmoet je mensen die voor je iets zeggen, en achter je rug het tegenovergestelde. Jezus confronteerde dat al in Matteüs 15:8: “Dit volk eert Mij met de lippen, maar hun hart houdt zich ver van Mij.” Het Griekse woord hypokritēs verwijst naar een toneelspeler – iemand met een masker.
Achter dat masker schuilt vaak een verdedigingsmechanisme: angst om afgewezen te worden, schaamte, of een identiteit die nog niet geworteld is in Christus. Als leider word je dan geconfronteerd met gedrag dat niet strookt met woorden.
Wees daarom bedacht op de vrucht, niet alleen op de klank. Apostolisch leiderschap herkent de Geest van waarheid en nodigt mensen uit om hun oude natuur af te leggen en in het licht te wandelen. Alleen echtheid heeft toekomst in het Koninkrijk.
3. Onverklaarbare geestelijke weerstand
Niet elke blokkade is rationeel te verklaren. Paulus schrijft: “Wij wilden tot u komen, maar de satan heeft ons daarin verhinderd” (1 Thess. 2:18). Het gebruikte woord enkoptō betekent letterlijk “de weg doorsnijden”. Soms merk je dat er onzichtbare weerstand is tegen beweging, doorbraak of samenwerking.
Apostolisch leiderschap vraagt dan om volharding. Je hoeft niet altijd te begrijpen wat je voelt – maar je kunt wel standhouden (antistēnai). In plaats van ontmoediging te laten landen, leer je geestelijk terrein innemen door gebed, proclamatie en gehoorzaamheid. De muur die vandaag ondoordringbaar lijkt, kan morgen instorten door een daad van geloof.
4. Concurrentiedenken
In het Koninkrijk van God hoort geen competitie, maar samenwerking. Toch sluipt rivaliteit soms binnen, vaak vermomd als ijver. Paulus roept in Filippenzen 2:3 op: “Laat in nederigheid de een de ander uitnemender achten dan zichzelf.”
Het Griekse woord zelos kan zowel positieve ijver als jaloezie aanduiden. Zodra ijver niet meer door liefde wordt geleid, verandert het in een geest van vergelijking. Apostolische leiders bouwen echter met open handen, niet met gesloten vuisten.
Vier de vrucht van een ander alsof het je eigen oogst is. In een gezond netwerk is elke doorbraak van een broeder of zuster een overwinning voor het geheel.
5. Verleidingen op onverwachte plekken
Verleiding komt zelden uit een hoek die je verwacht. Paulus waarschuwt: “Wie meent te staan, laat hij uitkijken dat hij niet valt” (1 Kor. 10:12). Het woord peirasmos betekent zowel beproeving als verzoeking. Vaak komt de test in de vorm van iets aantrekkelijks: een open deur die niet van God is, een aanbod dat status belooft, of een relatie die je energie zuigt.
Juist als je denkt dat je stevig staat, kan er een scheurtje zichtbaar worden in je fundament. Apostolische leiders blijven daarom wakker (grēgoreō) – alert in geest en hart. Je waakzaamheid beschermt je roeping.
Zorg dat je jezelf omringt met scherpe profeten die je aanspreken en waarschuwen. Zoek dat actief op.
6. Achteloosheid en gemakzucht
Een andere sluipende valkuil is gemakzucht. Paulus schrijft: “Wees niet traag in uw inzet, wees vurig van geest, dien de Heere” (Rom. 12:11). Het woord oknēros duidt op iemand die aarzelend en ongeïnteresseerd is.
Leiderschap vraagt discipline, toewijding en een hart dat blijft branden. Achteloosheid werkt verlammend en trekt anderen mee in passiviteit. De remedie is eenvoudig maar krachtig: blijf voeden wat je vuur brandend houdt. Gebed, aanbidding en gemeenschap zijn brandstof voor geestelijk leiderschap.
Waar de vlam zwakker wordt, sluipt verwarring binnen. Waar het vuur brandt, komt helderheid, focus en leven. Versnellers inzetten is niets mis mee, maar loop niet weg voor het principe van zaaien en oogsten, wat echte aanbidding en vrucht voortbrengt.
7. Spaghetti van relaties en verborgen verbanden
In netwerken lopen vaak meer lijnen dan zichtbaar is. Oude verbonden, theologische invloeden, loyaliteiten of breuken kunnen onbewust hun stempel drukken. Jezus zei: “Alles wat verborgen is, zal openbaar worden” (Luk. 8:17). Het Griekse kruptos duidt op wat onder de oppervlakte leeft.
Apostolische leiders hebben onderscheidingsvermogen nodig om te zien wie met welke geestelijke erfenis komt. Dat vraagt geen wantrouwen, maar helderheid. Het is wijs om te weten uit welke bron iemand spreekt en welke taalvelden hij of zij meebrengt.
Waar relaties zuiver en transparant zijn, kan Gods zegen vrij stromen. Waar verborgen agenda’s spelen, ontstaan vertroebeling en stagnatie. Ook is het wijs het eigen netwerk van relaties te testen en toetsen. Bid dat de Heer iedereen verwijderd die er niet in hoeft te zitten, en dat Hij iedereen toevoegt die Hij in je leven aanwezig wilt laten zijn.
8. Hobbyisten en opportunisten
In elk netwerk kom je mensen tegen die vooral hun eigen agenda dienen. Spreuken 18:2 zegt: “Een dwaas vindt vreugde in zijn eigen mening.” Judas 1:19 spreekt over mensen die “de Geest niet hebben” en leven naar hun eigen verlangens – letterlijk: idios pneumatos, een ‘eigen geest’.
Apostolisch leiderschap herkent dit patroon: mensen die zich slechts tijdelijk verbinden zolang het hun iets oplevert. De sleutel is om voortdurend terug te keren naar visie en missie. Waar de koers helder is, vallen bijbedoelingen vanzelf af.
Wie een eigen project boven het Koninkrijk stelt, zal botsen met de stroom van de Geest. Maar wie zich onderwerpt aan de gezamenlijke roeping, vindt vreugde in één richting, één hart, één stem.
Soms zul je iemand later tegenkomen en zien dat diegene is veranderd. De Geest heeft ruimte gekregen om te bedienen en de persoon heeft zich bekeerd. Hoe mooi is het als leider dat te bevestigen.
9. Vrienden die vijanden worden
We kennen allemaal het moment waarop iemand die dicht bij je stond, zich tegen je keert. David schreef: “Zelfs de man met wie ik in vrede leefde, op wie ik vertrouwde, die mijn brood at, heeft zich tegen mij gekeerd” (Ps. 41:10).
Soms verplaatsen mensen zich geestelijk van positie – niet langer aligned met jouw mandaat. Het Griekse metatithēmi betekent: zich verplaatsen naar een andere plaats. Wat eerst een bondgenoot was, wordt een criticus. Dat kan pijnlijk zijn, maar soms is het ook een onderdeel van Gods snoeiproces (Joh. 15:2).
Apostolische volwassenheid betekent dat je verlies kunt dragen zonder bitterheid. Je blijft zegenen, vergeven en loslaten. Vergeving is geen zwakte, maar geestelijke kracht: het breekt de macht van de aanklager en houdt je hart zuiver.
10. Betweters en geestelijke politieagenten
Soms kom je mensen tegen die zich geroepen voelen om te corrigeren, controleren en beoordelen. Paulus zegt: “Kennis maakt opgeblazen, maar liefde bouwt op” (1 Kor. 8:1). Kennis zonder liefde (gnōsis zonder agapē) produceert hoogmoed, geen groei.
Echte geestelijke autoriteit vloeit niet voort uit meningen, maar uit karakter. De vraag is niet: “Heeft iemand gelijk?” maar: “Draagt iemand Christus?” Wie door liefde geleid wordt, bouwt mensen op in plaats van ze af te breken.
In een apostolische cultuur wordt waarheid nooit losgemaakt van liefde. Waarheid zonder liefde verwondt; liefde zonder waarheid verzwakt. Samen brengen ze leven.
Drie adviezen om staande te blijven:
1. Jij gaat over jou
God heeft jou een eigen mandaat gegeven – een oikonomia, een geestelijke huishouding waarvoor jij rekenschap aflegt. Laat je niet gijzelen door wat anderen vinden of verwachten. Je bent verantwoordelijk voor je houding, je keuzes en je hart.
Spreuken 16:32 zegt: “Wie zijn eigen geest beheerst, is sterker dan wie een stad inneemt.” Innerlijke governance is de kern van geestelijk leiderschap.
2. Life happens
Niet elke storm is demonisch; soms is het gewoon een seizoen. Leiderschap is leren onderscheiden wat de bron is van wat je meemaakt. Soms vormt God je karakter. Soms test Hij je vertrouwen. Soms moet je gewoon blijven staan.
Observeer zonder te oordelen. Bid zonder te beheersen. En blijf trouw aan je koers. Prediker 3:1 herinnert ons: “Alles heeft zijn tijd.”
3. Leid de leiders
Wie geestelijk leiding geeft, wordt ook geroepen om andere leiders te vormen. Soms betekent dat: feedback geven, grenzen stellen of een moeilijk gesprek aangaan. Doe dit onder leiding van de Heilige Geest – met het juiste hart, op het juiste moment, met de juiste woorden.
Galaten 6:1 zegt: “Als iemand door een overtreding overvallen wordt, helpt u die geestelijk bent hem terecht, in een geest van zachtmoedigheid.” Wie zo wandelt, is vaak tot zegen op onverwachte momenten.
Slot
Geestelijk leiderschap is een pad van testen, karaktervorming en blijven vertrouwen op Gods leiding. Deze tien dynamieken tonen hoe reëel het krachtenveld is waarin we bouwen. Maar wie zich laat leiden door de Heilige Geest, zal staande blijven – niet door eigen kracht, maar door genade.
Wees standvastig, onwankelbaar, overvloedig in het werk van de Heer. Want je arbeid is niet vergeefs. (1 Kor. 15:58)
Houd vol!
Sven Leeuwestein
Apostolische reflecties over geestelijke dynamieken in netwerken en leiderschap
Wie zich beweegt in het landschap van geestelijk leiderschap, zal vroeg of laat merken dat dit terrein niet neutraal is. Wie bouwt aan mensen, teams of netwerken, bevindt zich in een krachtenveld van relaties, verwachtingen en geestelijke invloeden. Soms komt dat subtiel, als een lichte spanning onder de oppervlakte. Soms dringt het zich op, als een storm die over je team waait.
Paulus schrijft dat onze strijd niet is tegen vlees en bloed, maar tegen overheden en machten – geestelijke krachten die achter de schermen proberen te beïnvloeden (Ef. 6:12). De Griekse woorden die Paulus gebruikt – archas, exousias en kosmokratoras – wijzen op gestructureerde, georganiseerde machten die zich willen mengen in menselijke relaties. Leiderschap beweegt zich dus midden in een geestelijke arena.
Daarom vraagt geestelijk leiderschap niet alleen om visie en vaardigheden, maar ook om onderscheiding, moed en zuiverheid van hart. Hieronder vind je tien situaties die vroeg of laat in elk leiderschapspad voorbij komen. Ze zijn niet bedoeld om angst aan te jagen, maar om bewustzijn te brengen – zodat je geestelijk alert blijft en in liefde kunt wandelen.
1. Roddels en achterklap
Roddels lijken onschuldig, maar ze zijn als langzaam druppelend gif. Ze sijpelen een gemeenschap binnen en tasten relaties aan van binnenuit. Spreuken 16:28 zegt: “Een verderfelijk gerucht doet de vriendschap uiteengaan.” Achter elk gerucht schuilt iets diepers – vaak onzekerheid, afgunst of onverwerkte pijn.
In het Grieks is het woord voor ‘aanklager’ diabolos – degene die uit elkaar gooit, verdeelt. Wie roddelt, gaat onbewust meewerken met de aanklager der broeders (Openb. 12:10). Apostolisch leiderschap bouwt daarentegen een cultuur van licht en waarheid, waar mensen leren hun hart te delen aan tafel, niet in de wandelgangen.
Oefen in directe communicatie. Als iets besproken moet worden, breng het naar de juiste plaats, met de juiste mensen, op het juiste moment. Alleen zo blijft het geestelijke huis gezond.
2. Dubbele gezichten
Soms ontmoet je mensen die voor je iets zeggen, en achter je rug het tegenovergestelde. Jezus confronteerde dat al in Matteüs 15:8: “Dit volk eert Mij met de lippen, maar hun hart houdt zich ver van Mij.” Het Griekse woord hypokritēs verwijst naar een toneelspeler – iemand met een masker.
Achter dat masker schuilt vaak een verdedigingsmechanisme: angst om afgewezen te worden, schaamte, of een identiteit die nog niet geworteld is in Christus. Als leider word je dan geconfronteerd met gedrag dat niet strookt met woorden.
Wees daarom bedacht op de vrucht, niet alleen op de klank. Apostolisch leiderschap herkent de Geest van waarheid en nodigt mensen uit om hun oude natuur af te leggen en in het licht te wandelen. Alleen echtheid heeft toekomst in het Koninkrijk.
3. Onverklaarbare geestelijke weerstand
Niet elke blokkade is rationeel te verklaren. Paulus schrijft: “Wij wilden tot u komen, maar de satan heeft ons daarin verhinderd” (1 Thess. 2:18). Het gebruikte woord enkoptō betekent letterlijk “de weg doorsnijden”. Soms merk je dat er onzichtbare weerstand is tegen beweging, doorbraak of samenwerking.
Apostolisch leiderschap vraagt dan om volharding. Je hoeft niet altijd te begrijpen wat je voelt – maar je kunt wel standhouden (antistēnai). In plaats van ontmoediging te laten landen, leer je geestelijk terrein innemen door gebed, proclamatie en gehoorzaamheid. De muur die vandaag ondoordringbaar lijkt, kan morgen instorten door een daad van geloof.
4. Concurrentiedenken
In het Koninkrijk van God hoort geen competitie, maar samenwerking. Toch sluipt rivaliteit soms binnen, vaak vermomd als ijver. Paulus roept in Filippenzen 2:3 op: “Laat in nederigheid de een de ander uitnemender achten dan zichzelf.”
Het Griekse woord zelos kan zowel positieve ijver als jaloezie aanduiden. Zodra ijver niet meer door liefde wordt geleid, verandert het in een geest van vergelijking. Apostolische leiders bouwen echter met open handen, niet met gesloten vuisten.
Vier de vrucht van een ander alsof het je eigen oogst is. In een gezond netwerk is elke doorbraak van een broeder of zuster een overwinning voor het geheel.
5. Verleidingen op onverwachte plekken
Verleiding komt zelden uit een hoek die je verwacht. Paulus waarschuwt: “Wie meent te staan, laat hij uitkijken dat hij niet valt” (1 Kor. 10:12). Het woord peirasmos betekent zowel beproeving als verzoeking. Vaak komt de test in de vorm van iets aantrekkelijks: een open deur die niet van God is, een aanbod dat status belooft, of een relatie die je energie zuigt.
Juist als je denkt dat je stevig staat, kan er een scheurtje zichtbaar worden in je fundament. Apostolische leiders blijven daarom wakker (grēgoreō) – alert in geest en hart. Je waakzaamheid beschermt je roeping.
Zorg dat je jezelf omringt met scherpe profeten die je aanspreken en waarschuwen. Zoek dat actief op.
6. Achteloosheid en gemakzucht
Een andere sluipende valkuil is gemakzucht. Paulus schrijft: “Wees niet traag in uw inzet, wees vurig van geest, dien de Heere” (Rom. 12:11). Het woord oknēros duidt op iemand die aarzelend en ongeïnteresseerd is.
Leiderschap vraagt discipline, toewijding en een hart dat blijft branden. Achteloosheid werkt verlammend en trekt anderen mee in passiviteit. De remedie is eenvoudig maar krachtig: blijf voeden wat je vuur brandend houdt. Gebed, aanbidding en gemeenschap zijn brandstof voor geestelijk leiderschap.
Waar de vlam zwakker wordt, sluipt verwarring binnen. Waar het vuur brandt, komt helderheid, focus en leven. Versnellers inzetten is niets mis mee, maar loop niet weg voor het principe van zaaien en oogsten, wat echte aanbidding en vrucht voortbrengt.
7. Spaghetti van relaties en verborgen verbanden
In netwerken lopen vaak meer lijnen dan zichtbaar is. Oude verbonden, theologische invloeden, loyaliteiten of breuken kunnen onbewust hun stempel drukken. Jezus zei: “Alles wat verborgen is, zal openbaar worden” (Luk. 8:17). Het Griekse kruptos duidt op wat onder de oppervlakte leeft.
Apostolische leiders hebben onderscheidingsvermogen nodig om te zien wie met welke geestelijke erfenis komt. Dat vraagt geen wantrouwen, maar helderheid. Het is wijs om te weten uit welke bron iemand spreekt en welke taalvelden hij of zij meebrengt.
Waar relaties zuiver en transparant zijn, kan Gods zegen vrij stromen. Waar verborgen agenda’s spelen, ontstaan vertroebeling en stagnatie. Ook is het wijs het eigen netwerk van relaties te testen en toetsen. Bid dat de Heer iedereen verwijderd die er niet in hoeft te zitten, en dat Hij iedereen toevoegt die Hij in je leven aanwezig wilt laten zijn.
8. Hobbyisten en opportunisten
In elk netwerk kom je mensen tegen die vooral hun eigen agenda dienen. Spreuken 18:2 zegt: “Een dwaas vindt vreugde in zijn eigen mening.” Judas 1:19 spreekt over mensen die “de Geest niet hebben” en leven naar hun eigen verlangens – letterlijk: idios pneumatos, een ‘eigen geest’.
Apostolisch leiderschap herkent dit patroon: mensen die zich slechts tijdelijk verbinden zolang het hun iets oplevert. De sleutel is om voortdurend terug te keren naar visie en missie. Waar de koers helder is, vallen bijbedoelingen vanzelf af.
Wie een eigen project boven het Koninkrijk stelt, zal botsen met de stroom van de Geest. Maar wie zich onderwerpt aan de gezamenlijke roeping, vindt vreugde in één richting, één hart, één stem.
Soms zul je iemand later tegenkomen en zien dat diegene is veranderd. De Geest heeft ruimte gekregen om te bedienen en de persoon heeft zich bekeerd. Hoe mooi is het als leider dat te bevestigen.
9. Vrienden die vijanden worden
We kennen allemaal het moment waarop iemand die dicht bij je stond, zich tegen je keert. David schreef: “Zelfs de man met wie ik in vrede leefde, op wie ik vertrouwde, die mijn brood at, heeft zich tegen mij gekeerd” (Ps. 41:10).
Soms verplaatsen mensen zich geestelijk van positie – niet langer aligned met jouw mandaat. Het Griekse metatithēmi betekent: zich verplaatsen naar een andere plaats. Wat eerst een bondgenoot was, wordt een criticus. Dat kan pijnlijk zijn, maar soms is het ook een onderdeel van Gods snoeiproces (Joh. 15:2).
Apostolische volwassenheid betekent dat je verlies kunt dragen zonder bitterheid. Je blijft zegenen, vergeven en loslaten. Vergeving is geen zwakte, maar geestelijke kracht: het breekt de macht van de aanklager en houdt je hart zuiver.
10. Betweters en geestelijke politieagenten
Soms kom je mensen tegen die zich geroepen voelen om te corrigeren, controleren en beoordelen. Paulus zegt: “Kennis maakt opgeblazen, maar liefde bouwt op” (1 Kor. 8:1). Kennis zonder liefde (gnōsis zonder agapē) produceert hoogmoed, geen groei.
Echte geestelijke autoriteit vloeit niet voort uit meningen, maar uit karakter. De vraag is niet: “Heeft iemand gelijk?” maar: “Draagt iemand Christus?” Wie door liefde geleid wordt, bouwt mensen op in plaats van ze af te breken.
In een apostolische cultuur wordt waarheid nooit losgemaakt van liefde. Waarheid zonder liefde verwondt; liefde zonder waarheid verzwakt. Samen brengen ze leven.
Drie adviezen om staande te blijven:
1. Jij gaat over jou
God heeft jou een eigen mandaat gegeven – een oikonomia, een geestelijke huishouding waarvoor jij rekenschap aflegt. Laat je niet gijzelen door wat anderen vinden of verwachten. Je bent verantwoordelijk voor je houding, je keuzes en je hart.
Spreuken 16:32 zegt: “Wie zijn eigen geest beheerst, is sterker dan wie een stad inneemt.” Innerlijke governance is de kern van geestelijk leiderschap.
2. Life happens
Niet elke storm is demonisch; soms is het gewoon een seizoen. Leiderschap is leren onderscheiden wat de bron is van wat je meemaakt. Soms vormt God je karakter. Soms test Hij je vertrouwen. Soms moet je gewoon blijven staan.
Observeer zonder te oordelen. Bid zonder te beheersen. En blijf trouw aan je koers. Prediker 3:1 herinnert ons: “Alles heeft zijn tijd.”
3. Leid de leiders
Wie geestelijk leiding geeft, wordt ook geroepen om andere leiders te vormen. Soms betekent dat: feedback geven, grenzen stellen of een moeilijk gesprek aangaan. Doe dit onder leiding van de Heilige Geest – met het juiste hart, op het juiste moment, met de juiste woorden.
Galaten 6:1 zegt: “Als iemand door een overtreding overvallen wordt, helpt u die geestelijk bent hem terecht, in een geest van zachtmoedigheid.” Wie zo wandelt, is vaak tot zegen op onverwachte momenten.
Slot
Geestelijk leiderschap is een pad van testen, karaktervorming en blijven vertrouwen op Gods leiding. Deze tien dynamieken tonen hoe reëel het krachtenveld is waarin we bouwen. Maar wie zich laat leiden door de Heilige Geest, zal staande blijven – niet door eigen kracht, maar door genade.
Wees standvastig, onwankelbaar, overvloedig in het werk van de Heer. Want je arbeid is niet vergeefs. (1 Kor. 15:58)
Houd vol!
Sven Leeuwestein