Over religie in de bediening
Ooit mocht ik spreken in een kerk waar ik al jaren met veel plezier regelmatig voorging. Het was een dynamische en vernieuwende gemeente, waar de kracht van de Geest zichtbaar werkte door Zijn gaven. Ik keek ernaar uit om de preek opnieuw af te sluiten met een uitnodiging om ‘naar voren te komen’ voor gebed, om zo vanuit Gods tastbare en transformerende Aanwezigheid te mogen dienen.
Kort voor de dienst sprak de voorganger, iemand die ik zeer waardeer en respecteer, me terloops aan. Hij gaf aan dat hij liever niet meer wilde dat er vooraan uitgebreid met mensen werd gebeden. In plaats daarvan zouden mensen die persoonlijk gebed wilden, achterin de zaal terechtkunnen. Hij had hiervoor zijn redenen, die ik uiteraard respecteerde.
Hoewel ik het lastig vond, omdat ik me juist verheugde op de gelegenheid om op die manier te dienen, schikte ik me als gastspreker in het beleid van de gemeente. De preek verliep verder uitstekend, en de reacties waren positief. Toch riep deze beleidskeuze vragen bij me op en bracht het me onverwacht in een fase van reflectie en persoonlijke groei. Wie was ik zonder krachtmoment? Was ik in religie van vernieuwing terecht gekomen? Deed ik aan revivalisme?
Jesaja 43 [18] Blijf niet staan bij wat eertijds is gebeurd,
denk niet terug aan het verleden.
[19] Zie, Ik ga iets nieuws verrichten,
nu ontkiemt het – heb je het nog niet gemerkt?
Ik baan een weg door de woestijn,
maak rivieren in de wildernis.
Er waait weer een Geest van opwekking door het land. We zien daardoor een toenemende opkomst van zogenoemde krachtbedieningen, die door middel van evenementen, erediensten en trainingen vernieuwing brengen binnen het Lichaam van Christus. Het doel van deze bewegingen is om de kerk tot gebed en bekering te prikkelen en haar te versterken, zodat zij in de kracht van de Heilige Geest vernieuwing en herstel kan ervaren. Zelf functioneer ik ook graag in zo’n bediening, hoewel ik weet dat mijn roeping breder is dan alleen dit aspect. Je ervaart God heel dichtbij, de impact van je gebed op mensen is meer merkbaar en je ervaart zelf ook meer bovennatuurlijke liefde en hoop.
Deze bewegingen of ‘golven’ zijn overigens niet nieuw. Door de kerkgeschiedenis heen zien we telkens opnieuw verschillende golven ontstaan, die een diepe impact hebben op mensen, kerken en bestaande bewegingen.
Dergelijke ontwikkelingen brengen vaak spanning met zich mee wanneer enthousiastelingen die willen delen binnen gevestigde structuren, die al eerder gevormd zijn vanuit andere specifieke visies en richtingen. Plotselinge geestelijke vernieuwing kan dan aanvoelen als een verstoring of disruptie, wat vaak vragen oproept over theologie, maar ook thema’s raakt zoals vertrouwen, invloed en status. Het is vergelijkbaar met de impact die Uber had op traditionele taxibedrijven: beide bedienen dezelfde doelgroep in hetzelfde werkveld, maar de visie en strategie van de een kan de ander ‘verstoren’ of uitdagen.
Geestelijke leiders werken doorgaans vanuit een sterke, bekrachtigde overtuiging. Net als in het bedrijfsleven begin je niet zomaar iets, om het na enkele jaren weer los te laten wanneer een ander met een sterke visie begint. Je wilt vaak bewust of onbewust iets neerzetten wat jezelf en de mensen die je dient overstijgt. Echter, in het Koninkrijk van God zijn we geen concurrenten van elkaar.
Lucas 11v[9] Daarom zeg Ik jullie: vraag en er zal je gegeven worden, zoek en je zult vinden, klop en er zal voor je worden opengedaan. [10] Want ieder die vraagt ontvangt, en wie zoekt vindt, en voor wie klopt zal worden opengedaan. [11] Welke vader onder jullie zou zijn kind, als het om vis vraagt, in plaats van een vis een slang geven? [12] Of een schorpioen, als het om een ei vraagt? [13] Als jullie dus, slecht als jullie zijn, je kinderen al goede gaven kunnen schenken, hoeveel te meer zal de Vader in de hemel dan niet de heilige Geest geven aan wie Hem daarom vragen!’
De woorden van Jezus in Lucas 11 laten zien dat zijn volgelingen al tijdens Zijn leven voor zijn dood en opstanding konden vragen om de Heilige Geest, en dat de Vader hen deze op een bepaalde manier zou geven. Dit is opmerkelijk, want op dat moment hadden de opstanding en de geboorte van de Kerk nog niet plaatsgevonden. Voor de volgelingen was de notie van God als Vader en het idee van de inwoning van de Heilige Geest in harten van mensen nog nieuw en weinig begrepen.
Lucas schreef echter voor lezers die leefden ná de opstanding en de geboorte van de Kerk en die al vertrouwd begonnen te raken met deze concepten. Toch moedigde Jezus zijn volgelingen al aan om God als Vader te benaderen en de Heilige Geest te vragen, ook al konden zij nog niet volledig begrijpen wat dit betekende. Jezus’ woorden wijzen vooruit naar een diepere, toekomstige vervulling, waarin de Heilige Geest met Pinksteren volledig zou wonen in de harten van gelovigen.
De Bijbel leert ons dat er voortdurend nieuwe inzichten en openbaringen vanuit de Heilige Geest zullen komen, waarmee we moeten leren omgaan. Een passend woord hiervoor is “tegenwoordige waarheid”—dat beschrijft het proces waarin elke gelovige, kerk of beweging zich bevindt. Een waarheid kan al bestaan, maar nog onbekend zijn voor de ontvanger. De Heilige Geest leidt ons in de ontdekking van deze bestaande Waarheid, die voor de gelovige, kerk of beweging nieuw lijkt.
Zo ontstaan er telkens nieuwe golfbewegingen, wanneer pioniers en vernieuwers met een tegenwoordige Waarheid aan de slag gaan. Ze bouwen een theologie en structuur (of “wijnzak”) om de geestelijke werking heen en nodigen anderen uit om hierin mee te gaan. Het bijzondere is dat, zelfs terwijl één golf nog in beweging is (of soms al voltooid is, al willen de mensen binnen dat systeem dat niet erkennen), zich alweer een nieuwe golf aandient. We leven in een tijd waarin dit proces zelfs lijkt te versnellen. Er ontstaan zelfs meerdere golfbewegingen tegelijk binnen verschillende generaties—waarbij we ook alert moeten zijn op zowel ware, vermengde, herverpakte en zelfs valse bewegingen—die het Lichaam van Christus tegelijkertijd binnenstromen en doordringen. Factoren zoals internet, media en professionalisering versnellen dit proces verder. Voor de Kerk ontstaat zo een soort “Noordzee” vol verschillende stromingen en bewegingen die elkaar kruisen en soms botsen. Een voorganger of bewegingsleider kan niet langer de illusie hebben dat gemeenteleden of de achterban alleen loyaal zijn aan ‘de eigen groep’. Gelovigen ontdekken en verkennen allerlei nieuwe inzichten en invloeden en nemen deze mee in hun verzameling overtuigingen, keuzes en prioriteiten, inclusief hoe zij hun tijd en geld besteden. Als kapitein van een schip op zee moet je dan wel oppassen dat je niet uit angst en controle het roer nog steviger vastgrijpt. Je moet nog niet sterker vasthouden aan wat je kent, maar blijven vertrouwen op de koers van de Schepper.
Een religieuze mindset in mij en in ons
De keuze van de voorganger zette me aan het denken en nodigde me uit om eerlijk in de spiegel te kijken. Ik kreeg hierdoor, en eerlijk gezegd later nog vaker de kans om mijn motivaties, overtuigingen en rollen te heroverwegen. Waarom raakte het me zo diep dat ik niet kon doen waar ik naar uitkeek? Was ik in de religie van vernieuwing terecht gekomen? Werd ik een dealer van vernieuwing?
Lucas 3:9 zegt: “Ja, de bijl ligt al aan de wortel van de boom: iedere boom die geen goede vruchten voortbrengt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen.”
Dit vers herinnert ons eraan dat elke bediening vrucht moet dragen, maar dat de vrucht zelf niet ons ultieme doel is—God is dat. Waar ligt de bijl bij mij?
Het leek me tijd om mijn huiswerk te doen. En als je wijs bent doe je dat met profeten. Dat zijn bedieningen in de gemeente die wijsheid en onderscheiding van geesten hebben Het zijn bidders die sneller en beter dan anderen zien of weten wat er wel of niet klopt. Ze kijken al biddend dwars door je heen, terwijl ze vaak al jaren door moeilijke tijden heen koersen met Jezus. Ik voel me gezegend met kostbare gaven om me heen die ik mijn vrienden en kennissen mag noemen.
Laat me enkele inzichten delen die ik in deze periode van reflectie heb opgedaan.
1. Vernieuwing is geen doel op zich.
Bewegen in een krachtbediening is waardevol, maar het is niet het hoogste einddoel van een christen. Soms kan een religieuze mindset binnen geestelijk leiderschap de theologie en visie bepalen, waarbij de rol van vernieuwing misschien over- of ondergewaardeerd wordt. Vernieuwing moet altijd in dienst staan van de opbouw van het Lichaam van Christus, en niet slechts om de kracht van het moment. Het uiteindelijke doel is om Christus zelf meer zichtbaar te maken in ons leven en dat van anderen. We moeten oppassen dat onze manieren van doen een soort religie kunnen worden, denk aan altar calls, manifestaties en het vaak onbewuste denken in ‘gezalfden en ongezalfden.’
2. Gelovigen hebben verschillende bedieningen en roepingen.
Elk van ons draagt unieke gaven die samen het Lichaam van Christus vormen. Niet iedere gelovige is geroepen tot dezelfde bediening, en dat is juist essentieel voor de gezondheid van de kerk. Denk aan Elia en Elisa, twee bedieningen die op verschillende manieren tot uiting kwamen in verschillende seizoenen. De Heilige Geest werkt door ons allemaal op verschillende manieren, aangepast aan wat de kerk en de wereld in elk seizoen nodig hebben. Dit herinnert me eraan dat de krachtbediening waar ik me zo op verheugde, slechts één aspect is van een veel groter plan waarin elke bediening een eigen, belangrijke rol speelt.
3. We zijn geen dealers van vernieuwing.
Een bediening, welke dan ook, gaat niet over ego of zelfverwerkelijking. Elke vorm van dienstbaarheid mag nooit gericht zijn op het opbouwen van eigen status of voldoening. Het risico bestaat dat we, vaak onbewust, onze eigen verlangens en verlangens naar vervulling vooropstellen, in plaats van Gods wil. Ware bediening draait om het nederig dienen van God en anderen, zonder de focus op persoonlijke erkenning of succes. We zijn geen dealers van vernieuwing die mensen aan onszelf verbinden. We zijn volwassen kanalen van het Koninkrijk, waar allerlei openbaring en waarheid doorheen mag stromen tussen Gods kinderen.
4. Afhankelijkheid en flexibiliteit zijn essentieel in leiderschap.
Juist wanneer dingen anders lopen dan verwacht, leer ik het belang van flexibiliteit in de bediening. We moeten bereid zijn om onze plannen aan te passen aan het beleid en de visie van de gemeente waarin we dienen, ook als dat soms frustreert of uitdaagt. Zo’n houding vraagt dat we onze persoonlijke voorkeuren opzijzetten voor het grotere geheel en voor de leiding van de Heilige Geest. Soms betekent dat afronden, soms betekent dat uitdagen. Maar het betekent altijd dat we ons voegen naar Gods leiding.
5. Het is belangrijk om flexibel en adaptief te blijven in het leiden van een kerk of beweging.
Er is niets mis mee om een duidelijke richting en strategie te kiezen. Maar als wat je hebt opgebouwd belangrijker wordt dan de leiding van de Heilige Geest, dan bestaat het risico dat je in je invloedssfeer een afgod hebt gecreëerd. Dit kan zelfs een kerk, een beweging of een krachtbediening zijn. Er is nog zoveel Waarheid die de Heer tegenwoordig wil maken in de mensen die je dient, sta niet in de weg. Faciliteer en bestudeer, heb een zacht hart. We blijven altijd student en leraar tegelijk.
6. Gemiste kans voor de wetenschappelijke community
Dit seizoen van de kerk is bovendien een geweldige kans voor de (weder-)opstanding van gedegen thuis-theologen. Ik zie een schreeuwende behoefte aan begrijpelijke online platforms die christenen helpen hun weg te vinden op de Noordzee. Niet om de eigen parochie te vullen, maar om de passie voor het Woord, de interpretatie en de traditie over te brengen op nieuwe generaties. Het is voor mij onbegrijpelijk dat theologische opleidingen en predikanten hier niet volledig op in springen. Help de mensen thuis theologisch te navigeren, zou ik zeggen. Wees zelf disruptiever in je middelen en strategie in plaats van te klagen over de stormen op zee. Of ben je zelf nog een dealer in kennis in plaats van een kanaal van het Koninkrijk?
Terwijl ik deze gedachten biddend besprak met profeten waarmee ik samenwerk, werd ik me bewust van mijn neiging tot religiositeit, zowel in mezelf als in anderen. Als krachtbediening is het onze taak om mensen niet het idee te geven, bewust of onbewust, dat het dienen in de zalving in samenkomsten het allerbelangrijkste is. Want dat is niet het geval. Evenmin moeten we vernieuwing presenteren als het einddoel van ons geloofsleven. Onze focus moet altijd gericht blijven op Christus en op Zijn wil, niet op de vorm of manier waarop wij Hem dienen.
Wel is geloofsvernieuwing erg belangrijk en zouden we niet moeten weren of overslaan. Dat geestelijk leiders dat vandaag de dag nog steeds doen omdat ze geloven dat het niet van God zou zijn of niet nodig, maakt mij verdrietig en geeft me een gevoel van frustratie, wetende dat zij zo vele gelovigen afremmen in hun ontvangen van het volle evangelie van het Koninkrijk in plaats van hen een omgeving te bieden waarin dat kan doorbreken.
Deze periode van reflectie heeft me opnieuw geleerd dat ware vrucht voortkomt uit toewijding aan Christus, eerder dan uit specifieke bedieningsvormen. Het zet me aan om in alles, ook in onverwachte situaties, mijn focus te houden op God en op de vruchten die Hij wil voortbrengen. Krachtbedieningen moeten bij uitstek vrij zijn van religie en controle, maar adaptief blijven en voorgaan in navolging en flexibiliteit.
Een bekende voorganger zegt vaak ‘karakter voor zalving’. En daar heeft hij helemaal gelijk in. God zoekt volwassen leiders die Zijn Geest net als Jezus lang en betrouwbaar kunnen dragen.
God is bezig met iets nieuws—zelfs na eerdere vernieuwing. Wie had dat gedacht? Laten we ervoor waken dat we opkomende geestelijke generaties niet vastzetten in een theologie die bedoeld was voor gisteren. Die theologie en bijbehorende wijnzak heeft zijn waarde en doel, maar blijkt niet het einddoel te zijn, slechts een onderdeel ervan. We zijn geen dealers, maar enkel dragers. Nieuw is nieuw, we kennen het nog niet. Terug naar de tekentafel, terug naar de binnenkamer, terug naar de spiegel. Terug naar de nederigheid.
Wat nu?
Stap in de rivier van vernieuwing, geniet van de stroom en laat het je volledig transformeren. Het is er heerlijk. En, leider, bekeer je wanneer je jezelf of anderen hebt weerhouden van het ontvangen van wat de Geest door vernieuwing te bieden heeft—zeker wanneer je merkt dat anderen, voor wie jij geestelijk verantwoordelijk bent, jou zelfs hebben ingehaald. Dit is altijd een mogelijkheid.
Wanneer je in de rivier van vernieuwing staat of vanuit die rivier dient, vergeet dan niet dat er altijd meer is. Er zijn vele rivieren en stromen in de Geest. De hemelen in al haar dimensies zijn zoveel groter. Er is nog zoveel openbaring over bestaande Waarheid beschikbaar. En God blijft nieuwe dingen doen, zelfs tijdens en na vernieuwing.
Hoe je het ook wendt of keert, je hebt te dealen met vernieuwing. Of je het nu zoekt, weert of erin bedient, vernieuwing is een gegeven. Maar de uitdaging is je af te vragen, mis ik zelf de vernieuwing in de vernieuwing? God doet nieuwe dingen, mis het niet door je onopgeruimde religie. Hoe gezalfd je ook bent.
Sven Leeuwestein adviseert en begeleidt leiders van kerken, bedrijven en in de politiek op het snijvlak van spiritualiteit en leiderschap. Hij is tevens oprichter van stichting Nations Ablaze, een beweging die wil bijdragen aan de komst van het Koninkrijk door het herstel van apostolische en profetisch leiderschap in en door de kerk in Europa en Azië.
Ooit mocht ik spreken in een kerk waar ik al jaren met veel plezier regelmatig voorging. Het was een dynamische en vernieuwende gemeente, waar de kracht van de Geest zichtbaar werkte door Zijn gaven. Ik keek ernaar uit om de preek opnieuw af te sluiten met een uitnodiging om ‘naar voren te komen’ voor gebed, om zo vanuit Gods tastbare en transformerende Aanwezigheid te mogen dienen.
Kort voor de dienst sprak de voorganger, iemand die ik zeer waardeer en respecteer, me terloops aan. Hij gaf aan dat hij liever niet meer wilde dat er vooraan uitgebreid met mensen werd gebeden. In plaats daarvan zouden mensen die persoonlijk gebed wilden, achterin de zaal terechtkunnen. Hij had hiervoor zijn redenen, die ik uiteraard respecteerde.
Hoewel ik het lastig vond, omdat ik me juist verheugde op de gelegenheid om op die manier te dienen, schikte ik me als gastspreker in het beleid van de gemeente. De preek verliep verder uitstekend, en de reacties waren positief. Toch riep deze beleidskeuze vragen bij me op en bracht het me onverwacht in een fase van reflectie en persoonlijke groei. Wie was ik zonder krachtmoment? Was ik in religie van vernieuwing terecht gekomen? Deed ik aan revivalisme?
Jesaja 43 [18] Blijf niet staan bij wat eertijds is gebeurd,
denk niet terug aan het verleden.
[19] Zie, Ik ga iets nieuws verrichten,
nu ontkiemt het – heb je het nog niet gemerkt?
Ik baan een weg door de woestijn,
maak rivieren in de wildernis.
Er waait weer een Geest van opwekking door het land. We zien daardoor een toenemende opkomst van zogenoemde krachtbedieningen, die door middel van evenementen, erediensten en trainingen vernieuwing brengen binnen het Lichaam van Christus. Het doel van deze bewegingen is om de kerk tot gebed en bekering te prikkelen en haar te versterken, zodat zij in de kracht van de Heilige Geest vernieuwing en herstel kan ervaren. Zelf functioneer ik ook graag in zo’n bediening, hoewel ik weet dat mijn roeping breder is dan alleen dit aspect. Je ervaart God heel dichtbij, de impact van je gebed op mensen is meer merkbaar en je ervaart zelf ook meer bovennatuurlijke liefde en hoop.
Deze bewegingen of ‘golven’ zijn overigens niet nieuw. Door de kerkgeschiedenis heen zien we telkens opnieuw verschillende golven ontstaan, die een diepe impact hebben op mensen, kerken en bestaande bewegingen.
Dergelijke ontwikkelingen brengen vaak spanning met zich mee wanneer enthousiastelingen die willen delen binnen gevestigde structuren, die al eerder gevormd zijn vanuit andere specifieke visies en richtingen. Plotselinge geestelijke vernieuwing kan dan aanvoelen als een verstoring of disruptie, wat vaak vragen oproept over theologie, maar ook thema’s raakt zoals vertrouwen, invloed en status. Het is vergelijkbaar met de impact die Uber had op traditionele taxibedrijven: beide bedienen dezelfde doelgroep in hetzelfde werkveld, maar de visie en strategie van de een kan de ander ‘verstoren’ of uitdagen.
Geestelijke leiders werken doorgaans vanuit een sterke, bekrachtigde overtuiging. Net als in het bedrijfsleven begin je niet zomaar iets, om het na enkele jaren weer los te laten wanneer een ander met een sterke visie begint. Je wilt vaak bewust of onbewust iets neerzetten wat jezelf en de mensen die je dient overstijgt. Echter, in het Koninkrijk van God zijn we geen concurrenten van elkaar.
Lucas 11v[9] Daarom zeg Ik jullie: vraag en er zal je gegeven worden, zoek en je zult vinden, klop en er zal voor je worden opengedaan. [10] Want ieder die vraagt ontvangt, en wie zoekt vindt, en voor wie klopt zal worden opengedaan. [11] Welke vader onder jullie zou zijn kind, als het om vis vraagt, in plaats van een vis een slang geven? [12] Of een schorpioen, als het om een ei vraagt? [13] Als jullie dus, slecht als jullie zijn, je kinderen al goede gaven kunnen schenken, hoeveel te meer zal de Vader in de hemel dan niet de heilige Geest geven aan wie Hem daarom vragen!’
De woorden van Jezus in Lucas 11 laten zien dat zijn volgelingen al tijdens Zijn leven voor zijn dood en opstanding konden vragen om de Heilige Geest, en dat de Vader hen deze op een bepaalde manier zou geven. Dit is opmerkelijk, want op dat moment hadden de opstanding en de geboorte van de Kerk nog niet plaatsgevonden. Voor de volgelingen was de notie van God als Vader en het idee van de inwoning van de Heilige Geest in harten van mensen nog nieuw en weinig begrepen.
Lucas schreef echter voor lezers die leefden ná de opstanding en de geboorte van de Kerk en die al vertrouwd begonnen te raken met deze concepten. Toch moedigde Jezus zijn volgelingen al aan om God als Vader te benaderen en de Heilige Geest te vragen, ook al konden zij nog niet volledig begrijpen wat dit betekende. Jezus’ woorden wijzen vooruit naar een diepere, toekomstige vervulling, waarin de Heilige Geest met Pinksteren volledig zou wonen in de harten van gelovigen.
De Bijbel leert ons dat er voortdurend nieuwe inzichten en openbaringen vanuit de Heilige Geest zullen komen, waarmee we moeten leren omgaan. Een passend woord hiervoor is “tegenwoordige waarheid”—dat beschrijft het proces waarin elke gelovige, kerk of beweging zich bevindt. Een waarheid kan al bestaan, maar nog onbekend zijn voor de ontvanger. De Heilige Geest leidt ons in de ontdekking van deze bestaande Waarheid, die voor de gelovige, kerk of beweging nieuw lijkt.
Zo ontstaan er telkens nieuwe golfbewegingen, wanneer pioniers en vernieuwers met een tegenwoordige Waarheid aan de slag gaan. Ze bouwen een theologie en structuur (of “wijnzak”) om de geestelijke werking heen en nodigen anderen uit om hierin mee te gaan. Het bijzondere is dat, zelfs terwijl één golf nog in beweging is (of soms al voltooid is, al willen de mensen binnen dat systeem dat niet erkennen), zich alweer een nieuwe golf aandient. We leven in een tijd waarin dit proces zelfs lijkt te versnellen. Er ontstaan zelfs meerdere golfbewegingen tegelijk binnen verschillende generaties—waarbij we ook alert moeten zijn op zowel ware, vermengde, herverpakte en zelfs valse bewegingen—die het Lichaam van Christus tegelijkertijd binnenstromen en doordringen. Factoren zoals internet, media en professionalisering versnellen dit proces verder. Voor de Kerk ontstaat zo een soort “Noordzee” vol verschillende stromingen en bewegingen die elkaar kruisen en soms botsen. Een voorganger of bewegingsleider kan niet langer de illusie hebben dat gemeenteleden of de achterban alleen loyaal zijn aan ‘de eigen groep’. Gelovigen ontdekken en verkennen allerlei nieuwe inzichten en invloeden en nemen deze mee in hun verzameling overtuigingen, keuzes en prioriteiten, inclusief hoe zij hun tijd en geld besteden. Als kapitein van een schip op zee moet je dan wel oppassen dat je niet uit angst en controle het roer nog steviger vastgrijpt. Je moet nog niet sterker vasthouden aan wat je kent, maar blijven vertrouwen op de koers van de Schepper.
Een religieuze mindset in mij en in ons
De keuze van de voorganger zette me aan het denken en nodigde me uit om eerlijk in de spiegel te kijken. Ik kreeg hierdoor, en eerlijk gezegd later nog vaker de kans om mijn motivaties, overtuigingen en rollen te heroverwegen. Waarom raakte het me zo diep dat ik niet kon doen waar ik naar uitkeek? Was ik in de religie van vernieuwing terecht gekomen? Werd ik een dealer van vernieuwing?
Lucas 3:9 zegt: “Ja, de bijl ligt al aan de wortel van de boom: iedere boom die geen goede vruchten voortbrengt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen.”
Dit vers herinnert ons eraan dat elke bediening vrucht moet dragen, maar dat de vrucht zelf niet ons ultieme doel is—God is dat. Waar ligt de bijl bij mij?
Het leek me tijd om mijn huiswerk te doen. En als je wijs bent doe je dat met profeten. Dat zijn bedieningen in de gemeente die wijsheid en onderscheiding van geesten hebben Het zijn bidders die sneller en beter dan anderen zien of weten wat er wel of niet klopt. Ze kijken al biddend dwars door je heen, terwijl ze vaak al jaren door moeilijke tijden heen koersen met Jezus. Ik voel me gezegend met kostbare gaven om me heen die ik mijn vrienden en kennissen mag noemen.
Laat me enkele inzichten delen die ik in deze periode van reflectie heb opgedaan.
1. Vernieuwing is geen doel op zich.
Bewegen in een krachtbediening is waardevol, maar het is niet het hoogste einddoel van een christen. Soms kan een religieuze mindset binnen geestelijk leiderschap de theologie en visie bepalen, waarbij de rol van vernieuwing misschien over- of ondergewaardeerd wordt. Vernieuwing moet altijd in dienst staan van de opbouw van het Lichaam van Christus, en niet slechts om de kracht van het moment. Het uiteindelijke doel is om Christus zelf meer zichtbaar te maken in ons leven en dat van anderen. We moeten oppassen dat onze manieren van doen een soort religie kunnen worden, denk aan altar calls, manifestaties en het vaak onbewuste denken in ‘gezalfden en ongezalfden.’
2. Gelovigen hebben verschillende bedieningen en roepingen.
Elk van ons draagt unieke gaven die samen het Lichaam van Christus vormen. Niet iedere gelovige is geroepen tot dezelfde bediening, en dat is juist essentieel voor de gezondheid van de kerk. Denk aan Elia en Elisa, twee bedieningen die op verschillende manieren tot uiting kwamen in verschillende seizoenen. De Heilige Geest werkt door ons allemaal op verschillende manieren, aangepast aan wat de kerk en de wereld in elk seizoen nodig hebben. Dit herinnert me eraan dat de krachtbediening waar ik me zo op verheugde, slechts één aspect is van een veel groter plan waarin elke bediening een eigen, belangrijke rol speelt.
3. We zijn geen dealers van vernieuwing.
Een bediening, welke dan ook, gaat niet over ego of zelfverwerkelijking. Elke vorm van dienstbaarheid mag nooit gericht zijn op het opbouwen van eigen status of voldoening. Het risico bestaat dat we, vaak onbewust, onze eigen verlangens en verlangens naar vervulling vooropstellen, in plaats van Gods wil. Ware bediening draait om het nederig dienen van God en anderen, zonder de focus op persoonlijke erkenning of succes. We zijn geen dealers van vernieuwing die mensen aan onszelf verbinden. We zijn volwassen kanalen van het Koninkrijk, waar allerlei openbaring en waarheid doorheen mag stromen tussen Gods kinderen.
4. Afhankelijkheid en flexibiliteit zijn essentieel in leiderschap.
Juist wanneer dingen anders lopen dan verwacht, leer ik het belang van flexibiliteit in de bediening. We moeten bereid zijn om onze plannen aan te passen aan het beleid en de visie van de gemeente waarin we dienen, ook als dat soms frustreert of uitdaagt. Zo’n houding vraagt dat we onze persoonlijke voorkeuren opzijzetten voor het grotere geheel en voor de leiding van de Heilige Geest. Soms betekent dat afronden, soms betekent dat uitdagen. Maar het betekent altijd dat we ons voegen naar Gods leiding.
5. Het is belangrijk om flexibel en adaptief te blijven in het leiden van een kerk of beweging.
Er is niets mis mee om een duidelijke richting en strategie te kiezen. Maar als wat je hebt opgebouwd belangrijker wordt dan de leiding van de Heilige Geest, dan bestaat het risico dat je in je invloedssfeer een afgod hebt gecreëerd. Dit kan zelfs een kerk, een beweging of een krachtbediening zijn. Er is nog zoveel Waarheid die de Heer tegenwoordig wil maken in de mensen die je dient, sta niet in de weg. Faciliteer en bestudeer, heb een zacht hart. We blijven altijd student en leraar tegelijk.
6. Gemiste kans voor de wetenschappelijke community
Dit seizoen van de kerk is bovendien een geweldige kans voor de (weder-)opstanding van gedegen thuis-theologen. Ik zie een schreeuwende behoefte aan begrijpelijke online platforms die christenen helpen hun weg te vinden op de Noordzee. Niet om de eigen parochie te vullen, maar om de passie voor het Woord, de interpretatie en de traditie over te brengen op nieuwe generaties. Het is voor mij onbegrijpelijk dat theologische opleidingen en predikanten hier niet volledig op in springen. Help de mensen thuis theologisch te navigeren, zou ik zeggen. Wees zelf disruptiever in je middelen en strategie in plaats van te klagen over de stormen op zee. Of ben je zelf nog een dealer in kennis in plaats van een kanaal van het Koninkrijk?
Terwijl ik deze gedachten biddend besprak met profeten waarmee ik samenwerk, werd ik me bewust van mijn neiging tot religiositeit, zowel in mezelf als in anderen. Als krachtbediening is het onze taak om mensen niet het idee te geven, bewust of onbewust, dat het dienen in de zalving in samenkomsten het allerbelangrijkste is. Want dat is niet het geval. Evenmin moeten we vernieuwing presenteren als het einddoel van ons geloofsleven. Onze focus moet altijd gericht blijven op Christus en op Zijn wil, niet op de vorm of manier waarop wij Hem dienen.
Wel is geloofsvernieuwing erg belangrijk en zouden we niet moeten weren of overslaan. Dat geestelijk leiders dat vandaag de dag nog steeds doen omdat ze geloven dat het niet van God zou zijn of niet nodig, maakt mij verdrietig en geeft me een gevoel van frustratie, wetende dat zij zo vele gelovigen afremmen in hun ontvangen van het volle evangelie van het Koninkrijk in plaats van hen een omgeving te bieden waarin dat kan doorbreken.
Deze periode van reflectie heeft me opnieuw geleerd dat ware vrucht voortkomt uit toewijding aan Christus, eerder dan uit specifieke bedieningsvormen. Het zet me aan om in alles, ook in onverwachte situaties, mijn focus te houden op God en op de vruchten die Hij wil voortbrengen. Krachtbedieningen moeten bij uitstek vrij zijn van religie en controle, maar adaptief blijven en voorgaan in navolging en flexibiliteit.
Een bekende voorganger zegt vaak ‘karakter voor zalving’. En daar heeft hij helemaal gelijk in. God zoekt volwassen leiders die Zijn Geest net als Jezus lang en betrouwbaar kunnen dragen.
God is bezig met iets nieuws—zelfs na eerdere vernieuwing. Wie had dat gedacht? Laten we ervoor waken dat we opkomende geestelijke generaties niet vastzetten in een theologie die bedoeld was voor gisteren. Die theologie en bijbehorende wijnzak heeft zijn waarde en doel, maar blijkt niet het einddoel te zijn, slechts een onderdeel ervan. We zijn geen dealers, maar enkel dragers. Nieuw is nieuw, we kennen het nog niet. Terug naar de tekentafel, terug naar de binnenkamer, terug naar de spiegel. Terug naar de nederigheid.
Wat nu?
Stap in de rivier van vernieuwing, geniet van de stroom en laat het je volledig transformeren. Het is er heerlijk. En, leider, bekeer je wanneer je jezelf of anderen hebt weerhouden van het ontvangen van wat de Geest door vernieuwing te bieden heeft—zeker wanneer je merkt dat anderen, voor wie jij geestelijk verantwoordelijk bent, jou zelfs hebben ingehaald. Dit is altijd een mogelijkheid.
Wanneer je in de rivier van vernieuwing staat of vanuit die rivier dient, vergeet dan niet dat er altijd meer is. Er zijn vele rivieren en stromen in de Geest. De hemelen in al haar dimensies zijn zoveel groter. Er is nog zoveel openbaring over bestaande Waarheid beschikbaar. En God blijft nieuwe dingen doen, zelfs tijdens en na vernieuwing.
Hoe je het ook wendt of keert, je hebt te dealen met vernieuwing. Of je het nu zoekt, weert of erin bedient, vernieuwing is een gegeven. Maar de uitdaging is je af te vragen, mis ik zelf de vernieuwing in de vernieuwing? God doet nieuwe dingen, mis het niet door je onopgeruimde religie. Hoe gezalfd je ook bent.
Sven Leeuwestein adviseert en begeleidt leiders van kerken, bedrijven en in de politiek op het snijvlak van spiritualiteit en leiderschap. Hij is tevens oprichter van stichting Nations Ablaze, een beweging die wil bijdragen aan de komst van het Koninkrijk door het herstel van apostolische en profetisch leiderschap in en door de kerk in Europa en Azië.