In veel christelijke organisaties ontstaat er ongemerkt spanning wanneer bestuurders — vaak mensen met een sterke managementachtergrond — aan het roer komen te staan van geestelijk georiënteerde initiatieven. Ze zijn trouw, competent en goed georganiseerd, maar missen soms het geestelijk mandaat om richting te geven aan wat uiteindelijk een bovennatuurlijk werk is. De realiteit is dan ook: als bestuurders christelijke organisaties leiden, lijdt het bestuur. Maar belangrijker nog: de missie zelf lijdt.
De geestelijke leiding die nodig is om visie, roeping en timing van God te onderscheiden, wordt dan vermengd met menselijke planning, controle en risicomanagement. Natuurlijk zijn structuur, financiën en beleid belangrijk — maar niet als vervanging voor openbaring. Wat ontstaat is bestuurlijke overbelasting: het bestuur neemt onbedoeld geestelijke verantwoordelijkheden op zich waarvoor het niet toegerust is. Het gevolg? Verwarring, frustratie, mislukte initiatieven, vertrek van geroepen mensen en uiteindelijk minder impact.
Bijbelse ordening
De Bijbel geeft een helder model voor geestelijk leiderschap binnen de gemeente van Christus:
''God heeft in de gemeente aan allerlei mensen een plaats gegeven: ten eerste aan apostelen, ten tweede aan profeten en ten derde aan leraren. Dan is er het vermogen om ...om bijstand te verlenen, leiding te geven of in klanktaal te spreken.' — 1 Korintiërs 12:28
Dit vers toont ons de volgordelijkheid van gezond geestelijk leiderschap. Deze volgorde is niet bedoeld als rigide hiërarchie en excuus voor misbruik, maar toont wel de geestelijke stroom, het vermogen, van leiding: openbaring gaat vooraf aan organisatie. Apostelen en profeten ontvangen richting en visie vanuit de hemel; coaches en raadgevers helpen deze funderen; bestuurders en andere kwaliteiten mogen vervolgens telkens weer meebewegen door wat apostelen en profeten ontvangen te ontwikkelen, borgen en bewaken. Als die volgorde omdraait, raken we uit de pas met de hemelse blauwdruk.
Ok, maar wat gaat er dan mis?